Paminėti
Ensembles
Genres
Kompozitoriai
Atlikėjai

Žodžiai dainai: Boudewijn de groot. Annabel.

Iemand zei "dit is Annabel
Ze moet nog naar 't station
Neem jij de wagen dan haalt ze het wel"
Ik zei "da's goed" en reed zo stom als ik kon
We kwamen aan bij een leeg perron
En ik zei "het zit je niet mee"
Heel in de verte ging de laatste wagon
En Annabel zei "okee, ik ga met je mee"

En later lagen we samen, zoals dat heet
Een beetje moe maar voldaan
Er kwam al licht door de ramen ze zei
"Geen tijd voor ontbijt ik moet gaan"
Ik zei alleen nog "tot ziens Annabel"
En ik dacht "Die zie ik nooit meer terug"
Ik dacht ik draai me om en slaap nog even door
Maar twee uur later was ik nog wakker, lag stil op m'n rug

Annabel, het wordt niets zonder jou, Annabel
Annabel, het wordt niets zonder jou, Annabel

Zo bleef ik twee dagen liggen in bed
Ik was totaal van de kaart
Toen stond ik op ik moest niet denken maar doen
Want zonder haar was ik geen stuiver meer waard
Ik liep de stad door op zoek naar een glimp
En ik dacht "ik zie haar nooit meer terug"

Ik ging zelfs hardop praten in mezelf
En iemand zei "je stond uren met je handen op de leuning van de brug"
Ahah

Annabel, het wordt niets zonder jou, Annabel
Annabel, het wordt niets zonder jou, Annabel

Toen op een avond zag ik haar weer
Ze stapte net op de tram
Ze was nog mooier dan de vorige keer
Ik riep haar naam en trapte hard op m'n rem
Ik sprong de auto uit en greep haar vast
Ze stond stil en keek om
Ze keek me aan maar was nauwelijks verrast
En ik zei "hee, waar moet je naartoe" ze zei "naar het station"

Ik bracht haar weg ze kocht een kaartje Parijs
En ik zei "en nog 1 erbij"
De lokettist gaf tweemaal enkele reis
En Annabel keek even opzij
Ik zei "ik heb je gevonden vandaag
En ik laat je nooit meer alleen
Al reis je door naar Barcelona of Praag
Al reis je door naar het eind van de wereld ik ga met je mee, hee"